Wet op de strandvonderij
Artikel 5
1
De strandvonder is belast met het toezicht op de naleving van de voorschriften, vervat in de artikelen 557, 558 en 559 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek.
[2.] Hij neemt, indien een schip aan of op het vaste zeestrand schipbreuk lijdt, de leiding van de hulpverlening op zich zo dikwijls als artikel 558 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek dat toelaat en indien buiten het geval van schipbreuk aan of op het vast zeestrand zaken aldaar aanspoelen, neemt hij de leiding van de hulpverlening op zich zo dikwijls als dat artikel zulks toelaat en het hem gewenst voorkomt.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.